Open Stal

Open stal

Kenmerken van een open stal zijn:

  • een klein huisje of schuur (met minstens twee zijkanten en een dak)
  • steeds vrij toegankelijk voor alle paarden die gestald staan.
  • de stal grenst aan een paddock of aan een wei; ideaal is aan een paddock die altijd toegankelijk is en een wei die naar behoefte open of dicht kan gemaakt worden.
  • Een open stal dient aan sommige voorwaarden te voldoen. Er moet genoeg overkapping voor alle paarden beschikbaar zijn. Daarnaast moet er genoeg plek zijn waar paarden kunnen rusten/liggen (weke, droge bodem – bijvoorbeeld zand). Voerbakken moeten op afstand zijn of door een wand gescheiden zijn, paarden moeten in elk geval het krachtvoer zonder haast kunnen eten. Misschien is het handig om extra ruimte voor het voeren van krachtvoer in te richten, maar dat is erg afhankelijk van de groepsgrootte en het groepsgedrag. Om een voorstelling van de grootte van een open stal te krijgen, kan men met behulp van formules een eigen inschatting maken. Hierbij geldt:

    Vlakte Formule Voorbeeld: een paard
    (schoft = 1,68 m)
    Voorbeeld: een pony
    (schoft = 1,35 m)
    Rusten/liggen n * 3 * (schoft)² circa 9 m² circa 6 m²
    Paddock n * 2 * (2*schoft)² circa 22 m² circa 15 m²
    voederbak (lengte) 1,8 * schoft circa 3 m circa 2,5 m

    Vanzelfsprekend zijn dit geen vaste waarden, het is alleen een aanbeveling. Nog steeds is de grootte sterk afhankelijk van de sfeer in de kudde.
    De open stal is volgens mij de beste manier om paarden zo natuurlijk mogelijk te houden. Daarbij hoort dan wel een wei zodat het paard echt zijn energie kan kwijtraken. Paarden zijn dieren die in de steppe leefden, natuurlijkerwijs zijn ze ruim 16 uur per dag met de opname van voedsel bezig. Dat wil niet zeggen dat wij onze paarden 16 uur per dag moeten voeren; Het betekent dat zij minstens zoveel uren in beweging waren omdat in de steppe het grasaanbod minder was dan op een typische wei in landen zoals Nederland en Duitsland. Om voldoende voedsel te vinden en op te nemen moesten paarden ruim 30 kilometers per dag lopen. De open stal in samenhang met een wei biedt als enige manier bij benadering de bewegingsmogelijkheid die paarden natuurlijkerwijs nodig hebben. Vanuit deze gezichtshoek zou het de beste manier zijn om paarden te huisvesten. Op zich kan echt ieder paard, maakt niet uit welke ras of afstamming, zo worden gehouden. Inderdaad zijn paarden echter door de mens heel intensief voor bijvoorbeeld sportieve doeleinden gefokt. Door het fokken heeft de mens sterk op het natuurlijke gedrag van paarden en vooral ook op de lichamelijke conditie invloed gekregen. Daardoor zijn er paarden die gevoeliger zijn dan andere. Het Ijslandse paard bijvoorbeeld is een perfect voorbeeld van een robuust ras. Ook Irish Tinkers, Shetlandponys of Fjordenpaarden zijn door hun oorspronkelijke geboorteland zeer weerbestendig en dol op vrijheid en ruimte. Tegenovergesteld vinden wij heden ten dage paarden die bijvoorbeeld rillen als er een beetje wind is of die een kou oplopen omdat zij in de regen stonden. Hun vacht is minder dik en minder beschermend. Hierbij kan men ook paarden tellen die in de winter geschoren worden om de koeling van het lichaam gemakkelijker te reguleren. In het algemeen kan men zeggen dat deze door de mens sterk beïnvloedde paarden in andere stallen terecht zullen komen – toch kan men zij ook aan open stallen wennen.

    Terug naar „Welt der Pferde“ Terug naar het overzicht